Broodmaaltijden
- Snijd de korsten van uw brood. Smeer eventueel een dikke laag boter en gebruik smeerbaar beleg, zoals paté, smeerkaas, vlees- of vissalades, choco, confituur,….
- Kies voor zachte broodsoorten zoals sandwiches of vervang brood eens door omelet, roerei, pannenkoeken, verloren brood, broodpudding, koffiekoek, eclair,….
- In plaats van brood kan u ook yoghurt of pudding eten of u kan zelf een pap maken. Mix grove graansoorten zoals havermout eventueel fijn met een staafmixer.
- Sop brood in de melk of de koffie of maak een broodpap (koffie weken in warme melk met en suiker en boter toevoegen).
- Laat ontbijtgranen zacht worden in melk of yoghurt.
- Wanneer de voeding vloeibaar moet zijn kan u eventueel een drinkyoghurt nemen. U kan zelf ook een milkshake (melk, roomijs en eventueel fruit) of een smoothie (fruit of fruitsap mixen met volle yoghurt en/of room) maken.
Warme maaltijd
- Laat warme gerechten eventueel afkoelen tot kamertemperatuur.
- Kies voor zachte vlees- en vissoorten. Vette vleessoorten zijn vaak zachter (hamburger, worst). Suddergerechten zoals stoofvlees zijn zacht en smeuïg en zullen makkelijker naar binnen glijden.
- Bak vlees of vis niet te hard aan. Let op met draderig en gepaneerd vlees. Dit is vaak hard en moeilijker om te slikken. Let op met graten bij vis.
- Vlees en vis kunnen ook vervangen worden door eieren, vegetarische producten of melkproducten.
- Pastagerechten met saus zijn zacht en glad en glijden makkelijk naar binnen.
- Kook groenten goed gaar. Snijd vezelige groenten zoals erwten, champignons, asperges en bleekselder goed fijn of eet ze met veel saus. Zachte groenten zijn bijvoorbeeld bloemkool, broccoli, sperziebonen, koolsoorten, wortel, spinazie….
- Stoof groenten aan in boter of bereid in een saus.
- Vervang groenten eens door een fruitmoes, gestoofd fruit of fruit op blik.
- Mix aardappelen niet fijn met een staafmixer. Hierdoor wordt de puree ‘lijmerig’. Prak ze liever fijn en voeg extra boter, room en een ei toe.
- Wanneer groenten, vlees en aardappelen samen gemixt worden, kan u een onsmakelijke brei bekomen. Door alles apart te mixen en te serveren krijg je een kleurrijk bord.
- Vermijd scherpe kruiden en sterk gezouten voedsel.
- Ga niet onnodig over op vloeibare voeding. Kauwen heeft een gunstige invloed op de smaak en de speekselproductie. Vraag eventueel advies aan een logopedist.
Dranken
- Vermijd koolzuurhoudende en sterk alcoholische dranken.
- Laat warme dranken afkoelen tot kamertemperatuur.
Tussendoortjes
Tussendoortjes zijn een belangrijke aanvulling van de hoofdmaaltijden. Zeker als u minder eet dan u voordien gewend was of wanneer u vloeibare voeding gebruikt. Neem zes tot zeven tussendoortjes per dag zoals:
- cake, slagroomtaartje, eclair, madeleine, eierkoek,… . Dop harde koeken eventueel in wat melk of koffie.
- volle yoghurt, pudding, pap, chocomousse, tiramisu, roomijs, sorbet….
- een (kant –en klare)milkshake of smoothie.
- fruit op blik, fruitmoes of zacht fruit zoals banaan, mango, kiwi, meloen, steenvruchten, aardbei, kiwi,… Fruit kan ook geraspt of geperst worden. Probeer ook eens een fruitpap.
- een toastje of sandwich met smeerbaar beleg.
- gefrituurde hapjes.
- een plakje zacht beleg (zachte vleeswaren, kaas,..).
- zoute aperitiefkoekjes, blokjes (smeer)kaas, kruidenkaas, paté,…
- minuut soep, crémesoep, bouillon,… Laat eventueel enkele beschuiten in de soep weken.
Dieetpreparaten
Als u via de gewone voeding onvoldoende kan eten, kan u dieetpreparaten inschakelen. Raadpleeg uw diëtist of apotheker voor meer informatie. De prodcuten zijn enkel verkrijgbaar in de apotheek en bestaan onder vorm van:
- energierijke poeders (eiwitten of koolhydraten) die u aan gerechten kan toevoegen.
- medische voeding (dranken, pudding, mousses) die veel calorieën aanbrengen in een compacte hoeveelheid.